Overlevingsinstinct
In de oertijd moesten we snel oordelen. Dit was van belang omdat we moesten overleven. Kan ik dit eten of ga ik er dood aan? Het sneeuwt buiten, moet ik mijn grot verlaten of binnen blijven? Deze onbekende jager, kan ik hem vertrouwen of zal hij mijn vangst stelen?
Wat is goed en wat is fout?
Na de oertijd gingen mensen op vaste plekken wonen. Nu we ons gevestigd hadden ontstonden er verschillende klassen. Er kwam een koning, boeren vestigden zich maar ook zwervers. Omdat er zoveel klassen bijkwamen moesten we oordelen of een bepaald gedrag goed was en beloond moest worden of dat we slecht gedrag gingen straffen. Deze overlevingstactiek is bestaat nog steeds.
Een oordeel zegt altijd iets over jezelf
Deze manier van kijken en oordelen hebben we nooit meer afgeleerd. Wil je voorkomen dat je anderen beoordeelt dan moet je echt luisteren naar de ander. De ander respecteren om zijn mening en nadenken waarom je dit oordeel velt. Een oordeel zegt namelijk altijd iets over jezelf. Onder het oordeel ligt altijd iets wat je graag vervuld wilt zien.
Neem nou het voorbeeld dat ik op het begin gaf, in de trein keek een meisje mij raar aan. Ik dacht dat ze mijn bril raar vond en ik reageerde daar meteen op door mijzelf te beschermen en een oordeel over haar te vellen. Maar waarom dacht ik dat ze mijn bril raar vond? Waarschijnlijk omdat ik zelf het gevoel heb dat mensen de bril raar vinden. Als ik zou accepteren dat mijn bril cool is dan had ik niet meteen een oordeel geveld.