We bevonden ons nog steeds op het strand na het schandalige voorval waarbij ik mezelf tot drie keer toe ontzettend voor lul had weten te zetten. Ik probeerde een normaal gesprek met the Terminator te voeren, terwijl ik ondertussen druk bezig was mezelf te herinneren aan het feit dat ik wel mijn mond dicht moest doen en vooral moest blijven slikken omdat anders de kwijl uit mijn mond zou druppelen.
Vroeger maakte Bunny en ik samen lijstjes waarbij we de plus en minpunten van de jongen van de week overzichtelijk op papier zette en we tot in den treuren bespraken met wie we ooit nog wel wilde zoenen en met wie we absoluut geen druppeltje speeksel uit wilde wisselen. Ondanks het feit dat beste vriendin Bunny al jaren gelukkig is met vriend Eugene, kan ze nog steeds prima functioneren als super side kick met goede tips en trics. Heerlijk als je vriendin nadat ze van de single markt is verdwenen, niet automatisch veranderd in zo’n walgelijk monster dat 24 uur per dag niks anders kan dan praten over haar fantastische vriend en over hun geluk dat zo smerig zoetsappig is dat je er kotsneigingen van krijgt. Het was dan ook helemaal Bunny die zogenaamd dommig aan the Terminator vroeg: wie? jouw vriendin? toen hij vertelde over de vriendin van een van zijn vrienden waardoor we er helaas nog steeds niet achter kwamen of hij nou wel of geen vriendin had. Het was ook haar geniale idee dat er uiteindelijk toch voor zorgde dat ik mijn telefoonnummer aan the Terminator gaf.
Veel tijd om apatisch naast mijn telefoon te blijven zitten wachten op een smsje had ik helaas niet want Bunny en ik zouden die middag met dolfijnen gaan zwemmen. Toen ik uit het dolfijnenbasin was geklommen en naar mijn telefoon terug keerde, zag ik tot mijn grote teleurstelling nog geen envelopje knipperen. Shit! Het moest zo zijn dat er iets mankeerde aan het netwerk op het eiland want het kon niet zo zijn dat the Terminator mij niet zou smsen, toch?!?
Op het moment dat ik de accu uit mijn telefoon wil trekken om te kijken of het uit- en aanschakelen van mijn telefoon misschien wel een bevredigend resultaat oplevert, komt mij een zeer welkom geluid ter oren dat afkomstig is uit mijn telefoon. Terwijl ik het bericht met mijn vliegensvlugge vingers open, hoor ik Bunny schreeuwen: IS DAT ‘M?
Bij de aanblik van mijn grijnzende kop weet zij voldoende. Ow ja, dat is ongetwijfeld een bericht van de man van staal.
Ruim 12 uur na het eerste smsje van The Terminator word ik gewekt door een lucht die mijn maag doet knorren. Ik kijk wat verward om me heen omdat ik niet direct de omgeving herken. Ow ja, ik bevind me in Bunny’s slaapkamer waar ik al menig nacht schaapjes had liggen tellen. Mijn blaas geeft aan dat de Rosé die ik afgelopen avond weg had getikt nodig vrij moest worden gelaten en daarom klauter ik sloom en oncharmant van mijn matrasje en begeef mezelf wankelend naar beneden. Het is vreemd want de overheerlijke geur die mij gewekt heeft uit mijn zoete droom word bij iedere stap naar beneden sterker en sterker. Als ik dan eindelijk mijn blote voetje op de koude stenen vloer in Bunny’s keuken zet, ben ik blij dat ik mijn ene hand nog op de trapleuning heb liggen want anders was ik van ongeloof achterover geslagen. Achter het fornuis staat de man van Staal in hoogsteigen persoon voor mij een eitje te bakken. Kan iemand me even in mijn arm knijpen óf is dit echt een droomkerel?!