Ik word oud

Van kind naar tiener
Hoe vreselijk was dat. Ik herinner me nog heel goed hoe we daar op de bank zaten. In onze bekers zat ranja, dat eigenlijk net wat te weinig smaak had. De besjes die op de bekers zaten, leken opeens kinderachtig. De poppen die boven lagen, bleven nu voor het eerst onder het bed liggen. Hoe konden we nog met hen spelen als we tien waren? Als we oud werden?

‘We komen nooit meer van de tien af…’ en ‘nu hebben we voor altijd een leeftijd met twee cijfers’. Die twee opmerkingen kwamen hard binnen. Nooit meer kon ik het onschuldige kleine meisje zijn dat een baby had die van plastic was. Een baby die tenen miste, omdat de hond die eraf had gebeten. Ik kon niet meer de trap aflopen terwijl mijn vriendin uit volle borst ‘daar komt de bruid’ zong.

Nu werd er verwacht dat ik volwassen werd. Ik kwam in de bovenbouw van de basisschool, ik moest me volwassen gedragen en bovenal de tijd van het spelen was voorbij. Van een vrolijke, speelse negenjarige veranderde ik in een opstandige tiener. Eentje die haar poppen miste, waar ze ooit al haar gevoelens aan kwijt kon. Nu werden die gevoelens weggestopt, tot de emmer overliep en alles er in één boze bui uitkwam.

Van tiener naar volwassene
Die opstandige tiener blijft nog even. Ze gaat op kamers, begint aan een studie en leert met vallen en opstaan haar eigen grenzen kennen. Nog twee weken mag zij blijven, dan moet ook zij worden ingeruild voor een ‘verbeterde versie’. Want ik word twintig en van die -tig zal ik nooit meer afkomen.

Twintigers kunnen zich niet verschuilen achter onschuld en onwetendheid. Opeens moet je weten waar je mee bezig bent en wat je doel is in je leven. In deze jaren beslis je dat namelijk. Dan hoor je bij de volwassenen, dan tel je pas echt mee.

Je rondt je opleiding af, krijgt je eerste baan en koopt je eerste huis. Het zijn deze tien jaren waarin je serieus gaat nadenken over trouwen, kinderen en meer van dit soort ongein. Bij mijn studentenvereniging noemen we dit het burgerleven. Iets waar je zo ver mogelijk vandaan wilt blijven.

Ook ik. Ik ben nog niet klaar om twintig te worden. Ik moet nog zoveel dingen doen, zoveel zorgeloosheid die ik nog wil vasthouden voor het zover is. Maar de dagen glippen voorbij en voor ik het weet is het straks zover. Mijn verjaardag, een dag waar ik nu al tegenop zie. Dan ben ik twintig, dan ben ik oud.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.